2 september 2024 het was me het weekje wel

Het is ongeveer zeven uur in de avond van dezelfde dag. We zitten stil bij elkaar, elk met zijn eigen gedachten. En we wachten op de andere parij, de motorrijder.
De deurbel!

Ik ga open maken,er staan twee jonge mannen voor en in de deur.
Ze stappen binnen, de hal is meteen vol geluid, het weerkaatst van alle kanten, ik krijg de neiging om mijn oren dicht te stoppen.
Ze praten door elkaar heen, de een harder dan de ander, er is geen touw aan vast te knopen, er is alleen maar lawaai.
"Kom eerst eens binnen, voordat je zo verdergaat!", probeer ik ze tot kalmte te dwingen.
Ze informeren meteen bij haar hoe het is, of ze erg geschrokken was, of ze niets overgehouden heeft.
"Ik ben toch nog naar de eerste hulp geweest, mijn pols deed zeer, ik was bang dat er toch iets gebroken kon zijn."
Maar dat was niet het geval. Hij heeft een verband om de rechterkuit. "Dat is een tweedegraads verbranding!"
Geen wonder als je in korte broek en T-shirt op een motor stapt en gas geeft. 
Het gaat een tijdje door, veel verder komen we niet.
" Heb je wel het schadeformulier bij je?"
Dat heeft hij en nu komt de tweede persoon, "me vriend", die hem gebracht heeft en die het schrijfwerk zal doen, in actie.
We lopen het formulier helemaal door, sommige dingen zijn al ingevuld, andere moeten nog bepaald worden.
Door alle commotie die ze oproepen slaan we een beetje dicht.
De term ADHD valt, dyslectisch komt voorbij, de reden dat de vriend het schrijfwerk doet.
Hij maakt ook een tekening van de situatie. Iemand die dit vaker gedaan heeft. Maar op mijn vraag of dat zo is krijg ik een onduidelijk antwoord.
Ik ben te verward om alles goed te lezen en te bekijken. 
"Ik denk dat het zo klopt. Hier moeten nog handtekeningen gezet worden"
​Dat gebeurt, telefoonnummers worden uitgewisseld, want eens informeren hoe het gaat....
Ze vertrekken met minder kabaal dan dat ze binnen kwamen.De vriend rijdt.
"Nou, dat was dat, dat was de moeite waard.", is het enige wat ik nog kan zeggen.
Ze zit er verslagen bij.
Met onze huisarts hebben we afgesproken geen alcohol te drinken. Dan doen we dan ook niet.
"Maar nu zou ik toch wel een stevige limoncello lusten!"
Nee dus.
We gaan op tijd naar bed, van slapen zal wel niet veel komen, vrezen we.
(wordt vervolgd)

Reactie toevoegen