De ultieme kwade droom van iedere wever.
Je hebt geweldig garen, geen breuk in de ketting, de inslagen verlopen zonder problemen.
En dan ben je bijna aan het einde van de ketting gekomen, nog één kussenovertrek en dan trekt de ketting op één plek uitermate strak.
"Dat kan toch niet!", denk je. Je gaat voorzichtig kijken wat er aan de hand is. Jawel!
Bij het opbomen van de ketting heb je een telfout gemaakt, je hebt op 1 plek 1 draaiing te weinig gemaakt!
Een verlies van 1 meter weefsel, of losknippen en aanknopen. De keuze is snel gemaakt. De ketting aanvullen met 16 draden van ruim 1 meter!
Aftellen, en zorgvuldig, volgens de opvolging in het kruis, draad voor draad aanknopen. 16 keer!
De bundel aanknopen aan de kettingboom, voorzichtig controleren of de knopen het houden, een sprong maken, inslaan, aanslaan, volgende inslag.
Dan kun je opgelucht ademen, de fout is hersteld. Nu nog hopen dat de laatste overtrek binnen de bestaande ketting geweven kan worden.
Je bent een uurtje verder, kunt verder met nummer 5.
Reactie toevoegen